Omgevingswet en Energietransitie

Geplaatst op 14 februari 2019

In 2021 treedt de Omgevingswet in werking. Overheden zijn nu al druk bezig met het opstellen van omgevingsvisies en omgevingsplannen. Maar wat is de Omgevingswet nu precies en hoe verhoudt de wet zich tot de energietransitie? Dat leggen we in deze tekst graag nog een keer helder uit.

De Omgevingswet

De Omgevingswet ziet toe op de duurzame ontwikkeling van de fysieke leefomgeving. Alle onderwerpen, zoals ruimtelijke ordening, bouwen, infrastructuur en water zijn in de Omgevingswet geïntegreerd. Ook energiebesparing voor bedrijven, energieprestatie van gebouwen, de aanleg van warmtenetten en de ruimtelijke inpassing van bijvoorbeeld zonne- en windenergie vallen onder de werking van de Omgevingswet. De wet biedt het instrumentarium om de energietransitie te versnellen. Belangrijk om op te merken is dat de Omgevingswet niet gaat over de regulering van de energiemarkt. Dit is geregeld in de Gas-, Elektriciteits- en Warmtewet.

Energietransitie

De energietransitie is een afspraak om van fossiele brandstoffen naar volledig duurzame energiebronnen zoals zonne-, en windenergie over te stappen. Dat is vastgelegd in het klimaatakkoord van Parijs en in de Klimaatwet. De meeste energie die we verbruiken is nog altijd afkomstig van fossiele brandstoffen. Het winnen van fossiele brandstoffen zorgt voor veel schade aan natuur en milieu. Door het verbranden van olie, gas en steenkool komt fijnstof in de lucht, maar het grootste probleem is de uitstoot van CO2, waardoor ons klimaat verandert. De aarde warmt op, de zeespiegel stijgt en we hebben steeds vaker te maken met extreem weer. De energietransitie moet ervoor zorgen dat die klimaatverandering zoveel mogelijk wordt afgeremd.

Wat gaat de Omgevingswet ons opleveren?

De Omgevingswet is gebaseerd op de beleidscyclus (zie onderstaand figuur). Het werken met de beleidscyclus daagt overheden uit om ambities te vertalen naar concrete doelstellingen en uitvoerbaar beleid. Zo nodig kan dat beleid juridisch verankert worden in algemene regels, zoals omgevingsplannen en -verordeningen. De Omgevingswet biedt bestuurlijke afwegingsruimte, flexibiliteit en vereenvoudiging om maatwerk te leveren voor complexe vraagstukken zoals de energietransitie. Zo kunnen overheden die integrale afwegingen vastleggen in het omgevingsplan en de -verordening. Juist díe juridische mogelijkheid is een enorme meerwaarde ten opzichte van de huidige praktijk. Dat draagt bij aan een betere balans tussen het beschermen en verbeteren van omgevingskwaliteiten en het gebruiken van de fysieke leefomgeving.

Beleidscyclus: het cyclisch proces van voorbereiding, opstelling, besluitvorming, uitvoering en evaluatie van het beleid.

En de energietransitie?

De overgang van een fossiele naar een duurzame, CO2-arme energievoorziening heeft ook gevolgen voor de fysieke leefomgeving. Enerzijds zijn dat positieve gevolgen voor het klimaat, omdat hiermee broeikasgassen en dus het broeikasgaseffect wordt beperkt. Anderzijds vergt deze transitie ook ingrijpende zichtbare en onzichtbare gevolgen voor het landschap, zoals het plaatsen van windparken en zonne-akkers. Een voorbeeld van een onzichtbaar gevolg is de enorme druk op de ondergrond door de aanleg van warmtenetten, het aanboren van warmtebronnen en het verzwaren van elektriciteitsnetten. Al deze fysieke ingrepen hebben effecten op de leefomgeving. De aanvaardbaarheid daarvan moet worden afgewogen bij het bepalen van visies, programma’s en plannen voor de fysieke leefomgeving. De Omgevingswet biedt hiervoor de mogelijkheid om de relatie tussen de energietransitie en fysieke leefomgeving in samenhang te zien en die bestuurlijk af te wegen.

Wie krijgt er met de Omgevingswet te maken?

De Omgevingswet heeft gevolgen voor alle overheden die besluiten nemen over de fysieke leefomgeving. Denk aan het aanleggen van snelwegen, dijken, woonwijken en bedrijventerreinen. Ook de aanleg van windparken en zonne-akkers valt hieronder. Voor overheden heeft de Omgevingswet ook gevolgen voor hun werkwijze. Veel gemeenten zijn sectoraal georganiseerd, maar zullen steeds meer opgavegericht moeten gaan werken. Dat levert een veranderingsopgave voor de organisatie op.

Daarnaast zijn overheden verplicht om de directe omgeving te laten participeren bij de besluitvorming hierover. Zo kunnen inwoners, bedrijven en belangengroepen bijdragen aan de besluitvorming. Zeker de aanleg van windparken en zonne-akkers, maar ook het ontkoppelen van woningen van het aardgasnet, kan tot maatschappelijke discussies leiden. De verplichte participatie uit de Omgevingswet kan voor meer draagvlak zorgen.

Grote uitdagingen

De grootste uitdagingen van de Omgevingswet zit in het juiste gebruik van de instrumenten in de wet. Het gaat om de juiste bestuurlijke afwegingen ter realisatie van de ambities. Dat vergt ook een andere ambtelijke en bestuurlijke cultuur. Voormalig minister Schultz zei dat 20% van het succes van de Omgevingswet in de regels zit en 80% in de uitvoering. Die veranderingsopgave is enorm, maar wel noodzakelijk voor het succes van de wet.

Voor de energietransitie zijn de grootste uitdagingen het maatschappelijke draagvlak, de kosten en financiering en de governance (de verhouding tussen marktpartijen, netbeheerders, overheden en burgers). De afwegingen daarover zullen met name op Rijksniveau gemaakt moeten worden, maar werken door naar gemeenten en provincies.

Tijdspad

De Omgevingswet treedt in 2021 in werking, maar overheden zijn nu al druk bezig met het opstellen van omgevingsvisies en omgevingsplannen. Ook gemeentelijke organisaties, wethouders en gemeenteraden moeten klaar zijn om met de Omgevingswet te kunnen werken. Daarnaast moeten ook warmtetransitievisies en regionale energiestrategieën, inclusief concrete uitvoeringsplannen opgesteld worden. Het is nu nog onduidelijk hoe die geïntegreerd moeten worden in de Omgevingswet.

AT Osborne en de Omgevingswet

AT Osborne heeft bijgedragen aan de totstandkoming van de Omgevingswet, vanaf het eerste plan in 2012. Nog steeds werken wij met het Ministerie van Binnenlandse Zaken mee aan de Omgevingswet. Daarnaast helpen wij overheden met de implementatie van de Omgevingswet. Zo hebben wij meegeschreven aan de staalkaarten energietransitie en buitenstedelijke gebieden, die ambtenaren en bestuurders een handelingsperspectief biedt om aan de slag te gaan met de energietransitie. Ook geven wij samen met KSG trainingen aan overheden, op het gebied van de Omgevingswet en de gevolgen voor de organisatie. Tot slot helpen wij gemeenten met het opstellen van omgevingsplannen en omgevingsvisies. Dat doen wij door overheden mee te nemen in het proces van ambitie tot het realiseren van die ambitie door de inzet van de instrumenten van de Omgevingswet.