Samen soep koken vraagt om de juiste ingrediënten

Geplaatst op 11 december 2018

De Regionale Instellingen voor Beschermd Wonen zullen een nieuwe visie en ambitie voor het bieden van inclusieve zorg moeten ontwikkelen. Mensen een plek geven in een inclusieve samenleving, ook als zij sociale, psychische of psychiatrische problemen hebben, dat klinkt logisch en zelfs eenvoudig.

Maar op het snijvlak tussen Wlz en Wmo is dat makkelijker gezegd dan gedaan, zo bleek onlangs tijdens een bijeenkomst voor professionals van de 22 RIBW’s in Nederland, verenigd in de RIBW Alliantie. Dat kan alleen met andere partners. “Samen soep koken”, noemde Erik Dannenberg, voorzitter van de adviescommissie Toekomst Beschermd Wonen dat. Maar daar heb je de juiste ingrediënten voor nodig. De Wijk Monitor is één daarvan.

Om mensen in hun thuisomgeving te kunnen huisvesten, hebben RIBW’s aan de eigen expertise op het gebied van ondersteuning en zorg niet genoeg. Zij hebben een breed lokaal netwerk nodig waarin wordt samengewerkt met andere zorgaanbieders, mantelzorgers of thuiszorgorganisaties. In dat netwerk zouden ook minder voor de hand liggende partners kunnen zitten, zoals een aannemer die aanpassingen aan een woning kan doen, een werkgever, een boodschappenbezorger of heel gewoon iemand die toevallig om de hoek woont.

Om de juiste plek voor een beschut wonen locatie te kunnen bepalen, moet duidelijk zijn in welke buurten zulke zorgpartners zitten. Want daar kunnen mensen met psychische en psychiatrische problemen het beste opgevangen worden. De Wijk Monitor van AT Osborne maakt het mogelijk om hiervan een inschatting te maken, legde senior adviseur Michel van Rooijen tijdens de RIBW-bijeenkomst in Het Koetshuis van het hoofdkantoor van AT Osborne in Baarn, uit.

Beleid

“Een buurt of wijk moet bijvoorbeeld voldoende zorgvolume hebben om er mensen zelfstandig te kunnen laten wonen. De Wijk Monitor kan dat op basis van een data-analyse inzichtelijk maken”, zegt Van Rooijen. Met de resultaten is een ‘shortlist’ te maken van wijken die wat betreft zorgaanbod, voorzieningen en demografie aansluiten bij de cliënt. Maar niet alle wijken zijn een ideale woonomgeving voor kwetsbare mensen. Er moet bijvoorbeeld voldoende draagkracht en dynamiek zijn. Een RIBW zou er op basis van de analyse van de Wijk Monitor bijvoorbeeld voor kunnen kiezen om een wijk, waar zich een stapeling van sociale problemen voordoet, van de voorkeurslijst te halen.

Michel van Rooijen: “De Wijk Monitor, die verschillende datasets over elkaar heen legt, is niet alleen nuttig bij de uitvoering van beleid. Het kan ook een hele handige tool zijn bij de ontwikkeling van nieuw beleid. In de praktijk zie je dat bestuurders zich hierbij vaak op eigen lokale kennis en netwerken baseren. Dat is natuurlijk heel goed. Maar combineer je die expertise met de op basis van de Wijk Monitor verkregen inzichten, dan kunnen visie en beleid nog beter worden afgestemd op de omstandigheden ter plaatse.”