EurekaRail: betere spoorverbindingen

Onder de naam EurekaRail voert AT Osborne samen met consortiumpartner Railinfra Solutions  in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur & Milieu, provincie Limburg en provincie Brabant een verkennend onderzoek uit naar het verbeteren van de spoorverbindingen tussen Eindhoven, Venlo en Düsseldorf en tussen Eindhoven, Heerlen, Aachen en Köln.

De ambitie van onze opdrachtgevers is om op deze lijnen uiteindelijk intercity-verbindingen te realiseren. Maar voordat nieuwe verbindingen gerealiseerd kunnen worden, moet eerst onderzoek worden gedaan naar de haalbaarheid . Om in het voorjaar 2017 te kunnen besluiten over de Nederlands-Duitse intercity-verbindingen zullen het ministerie en de provincies onder andere inzicht moeten krijgen in:

  • de capaciteitsknelpunten in de infrastructuur
  • de investeringskosten voor benodigde infrastructurele maatregelen;
  • de te verwachten aantallen reizigers;
  • de business cases (exploitatie);
  • en de maatschappelijke kosten en baten.

In het onderzoek zijn wij bezig om de benodigde beslisinformatie voor onze opdrachtgevers te verkrijgen. Het internationale karakter van de opgave maakt de opdracht vele malen complexer dan een regulier Nederlands spoorproject! Aan beide zijden van de grens heb je te maken met verschillende wet- en regelgeving, andere organisaties, governance en technische standaarden en systemen en niet te vergeten verschillende culturen. Gelukkig komt hierbij de kennis die wij hebben opgedaan bij andere internationale spoorprojecten, zoals de Betuweroute en HSL-Zuid, goed van pas.

Inmiddels is het eerste succes al geboekt: op basis van het eerste deel van het onderzoek hebben het ministerie en provincie Limburg in juni 2016 besloten om 58 miljoen te investeren in de verdubbeling van het spoor tussen Heerlen en Landgraaf. Het enkelsporige traject Heerlen-Landgraaf is nu nog een belangrijke bottleneck.