Natuurherstel Engbertsdijkvenen

Het natuurherstel van het N2000 gebied Engbertsdijksvenen heeft vanwege de grote maatschappelijke weerstand sinds de aanwijzing als natuurgebied in 2003 permante landelijke aandacht gekregen. Uiteindelijk heeft AT Osborne, vanwege de ervaring en met complexe gebiedsprocessen, de verantwoordelijkheid gekregen om het projectmanagement van deze gebiedsuitwerking op zich te nemen.

Het Engbertdijksvenen is een staatsnatuurmonument, een uniek gebied met levend hoogveen en een daardoor grote natuurwaarde. Het is daarnaast een grondwater afhankelijk veengebied, dat door ontwatering en ontginning gevoelig is voor droogte. In de afgelopen jaren is een scala aan hydrologische maatregelen voorgesteld om dit veengebied te herstellen. Deze maatregelen hadden echter een grote impact op de omgeving en de diverse belangen in het gebied. Daarnaast werden de natuurherstelmaatregelen vanwege de PAS-aanpak verplicht gesteld. En dat terwijl de belangen van natuurherstel, economische ontwikkeling en belangen van omwonenden sterk uiteen liepen. De combinatie van de impact van de maatregelen, de weerstand in het gebied en het verplichtend karakter van de maatregelen maakt de opgave van dit project nog uitdagender en urgenter dan voor andere natuurherstelgebieden. Een degelijke onderbouwing van de maatregelen, met een heldere motivering van urgentie en rechtvaardiging van de impact ontbrak echter. Daar is in eerste instantie veel energie in gestoken.

Innovatief grondwatermodel

Door de combinatie van een zeer zorgvuldig proces, het aanbrengen van balans in de belangen van de adviescommissie en door inhoudelijk de juiste stappen te nemen, is het gelukt om in samenwerking met een breed team van specialisten om tot een gedragen inrichtingsvoorstel te komen. Als basis hiervoor is een innovatief grondwatermodel ontwikkeld voor de modellering van de complexe interactie tussen veen en grondwater. Daarnaast heeft intensief omgevingsmanagement, het opstellen en uitvoeren van een monitoringsplan, co-creatie door actieve inbreng van bewoners in de planvorming en joint-factfinding met een ecohydrologische en agrohydrologische schouw bijgedragen aan draagvlak in het gebied.