Binnenklimaat SEIN in 4 jaar tijd van ‘warmteprobleem’ naar CO2-neutraal

Zorginstelling SEIN, installatieadviseur J. van Toorenburg bv en AT Osborne rekten 4 jaar lang de grenzen van een project op. Voortschrijdend technisch inzicht, aanbestedingsperikelen en een goed onderbouwde verdubbeling van het budget leiden binnenkort tot een klinkend eindresultaat. Het aanvankelijke ambitieniveau wordt daarmee ver overtroffen.

Sein Zwolle

De circa 1400 medewerkers van SEIN richten zich op het verbeteren van de levenskwaliteit van mensen met epilepsie en slaapstoornissen. Dat doen zij in poliklinieken en zorglocaties door het hele land. Op één van de grotere locaties, bestaande uit de gebouwen Heemstaete en Fonteinkruid in Zwolle (samen goed voor ongeveer 8.000 m²), bleken medewerkers en langdurig verblijvende cliënten enkele jaren geleden een warmteprobleem te ervaren. “Dat wilden we uiteraard oplossen”, vertelt manager vastgoed Peter Bik. “Maar het was lastig om het probleem te kwantificeren en te analyseren. Tegelijkertijd bleek al snel dat met een oplossing en de bijbehorende techniek een miljoeneninvestering gemoeid zou zijn. Dat moet je professioneel aanvliegen en verantwoorden. Daarom hebben we op dat moment Jeroen de Jongh van AT Osborne gevraagd om ons hierbij te helpen.”

Screens en climarads
Welke technische maatregelen pasten het beste bij SEIN om de problemen met het binnenklimaat op te lossen? Jeroen nam niet alleen Peter maar ook de facilitaire mensen en de gebruikers van de locatie mee om deze vraag via een interactieve aanpak te beantwoorden. De beoogde klimaatverbetering, de impact (qua kosten en op de gebruikers), de total cost of ownership en overlast voor de gebruikers tijdens de uitvoering speelden hierbij een belangrijke rol. “Uiteindelijk hebben we verschillende maatregelen doorgerekend en voorgelegd aan SEIN”, aldus Jeroen. “Zij besloten toen te kiezen voor het vervangen van de handmatige uitvalzonwering door automatische screens, in combinatie met het vervangen van de radiatoren door climarads. Die lijken op reguliere radiatoren, en zorgen voor zowel verwarming als koeling plus duurzame ventilatie.”

Diepgaande kennis
De volgende stap was de organisatie van het ontwerp en de uitvoering van de maatregelen. De aanbesteding van de zonwering was voor SEIN prima behapbaar, maar voor de climarads lag dat anders. Jeroen: “Daarvoor is diepgaande technische kennis nodig en die hebben wij als AT Osborne ook niet in huis. Dus zijn we, ook via een aanbesteding, op zoek gegaan naar een technisch adviseur.”

Uit deze aanbesteding kwam Van Toorenburg als winnaar uit de bus. Het financiële plaatje zag er goed uit, maar er was nog een ander belangrijk pluspunt. “Ik heb de Climarad Care mede ontwikkeld”, vertelt operationeel directeur Richard van Toorenburg van het gelijknamige bedrijf. “Bovendien vonden wij het interessant dat SEIN expliciet vroeg om een aanbieding voor duurzame koeling en klimaatverbetering, in plaats van gewoon koeling. Daar wilden wij graag mee aan de slag. Om te beginnen vonden we het belangrijk om de hele luchthuishouding van de panden op te nemen. Want pas dan kun je de juiste keuze maken voor de beste oplossing.”

Verfijning
Peter en Jeroen waren enthousiast over die aanpak. “De globale richting waarvoor wij gekozen hadden, werd hiermee verfijnd. De opname en analyse van de volledige gebouwen leidden tot de meest duurzame en passende oplossingen voor elke ruimte.” Dit vond zijn weerslag in een voorlopig ontwerp, dat de keuzes voor de climarads bevestigde. De vraag hoe de koeling opgewekt moest worden, lag minder eenvoudig. Om vertraging te voorkomen, werd de aanbesteding voor de installatie van de climarads alvast opgestart met als uitgangspunt koeling via een warmtepomp op het dak. “Maar ondertussen deden wij op de achtergrond onderzoek naar de beste opwekkingsmethode. Stapsgewijs kwamen wij er uiteindelijk op uit dat modulaire warmtepompen met droge koelers met een verbeterde energieprestatie de beste oplossing vormden.”

Naar de RvB
Die beste oplossing was er niet zomaar eentje. Het betekent namelijk dat SEIN niet conform EU-beleid in 2050 klimaatneutraal zal zijn, maar (nagenoeg) al in 2023. Klein detail: de oplossing betekende een verdubbeling van de aanvankelijke investering. “Met die boodschap zijn we naar de Raad van Bestuur gestapt”, blikt Peter terug. “Gelukkig staan zij open voor goede plannen, mits ze maar goed onderbouwd zijn. Dus we hebben het rendement van de oplossing en alle andere pluspunten goed voor het voetlicht gebracht. Daarnaast had ik ook de wind mee, omdat duurzaamheid inmiddels wel zeer nadrukkelijk op ieders agenda staat. Bovendien speelde op dat moment al de dreiging van de Russische inval in de Oekraïne en leken problemen in de gaslevering op handen.”

De voordelen van de verdubbelde investering in het binnenklimaat zoals Peter ze op een rijtje zette:

  • een flinke stap in het besparen op energieverbruik;
  • een daling van de energiekosten en op langere termijn de exploitatiekosten;
  • een enorme reductie in CO2-uitstoot en daarmee voldoen aan wettelijke verplichtingen;
  • het tonen van duurzaamheidsambitie richting de zorgketen;
  • voldoen aan (toekomstige) duurzaamheidseisen van zorgverzekeraars.

In één keer goed
Door de gewijzigde vraag en de krapte op de bouw- en installatiemarkt kon de uitvoering van de modulaire warmtepompen met droge koelers niet aansluitend op de uitvoering van de climarads plaatsvinden. Daarom is dit uitgesteld naar 2023. Maar de toekomstbestendige keuze is gemaakt. Jeroen: “Het pleit echt voor SEIN dat zij deze reis durfden aan te gaan en gaandeweg op basis van nieuwe uitgangspunten bereid waren om zaken te heroverwegen. Het pleit ook voor de aanpak om een project niet aan de voorkant dicht te zetten. Daar geloof ik niet in. Verandering hoort erbij, en daar moet je voor openstaan.” Ook Richard vindt dat SEIN een bijzondere route heeft afgelegd. “Bij andere organisaties kom ik het ook wel tegen dat de ambities juist naar beneden geschroefd worden zodra oplossingen duurder blijken dan gedacht. SEIN heeft het tegenovergestelde gedaan, en ervoor gekozen om het in één keer goed te doen. Dat levert een goed binnenklimaat op voor medewerkers en cliënten, en winst voor de planeet.”