Versterking Houtribdijk – 26 kilometer tussen Marker- en IJsselmeer

De versterking van de dijk was een indrukwekkend project. Benieuwd hoe de dijkversterking is aangepakt en hoe hierbij samengewerkt is met veel mensen en partijen? In onderstaande video vertellen de dijkwerkers waarom de Houtribdijk-versterking zo bijzonder is. Ook de fietsers en kitesurfers komen aan het woord: hoe hebben zij de versterking beleefd?

Steen, zand en nieuwe natuur

Rijkswaterstaat heeft een deel van de dijk versterkt met breuksteen. Een ander deel van de dijk is versterkt met brede zandige oevers. De zandoevers zijn begroeid en lopen geleidelijk af (ongeveer 70 m boven water, 70 m onder water). Het zand breekt de golven en zorgt zo voor een veilige dijk. Ook vinden nieuwe planten- en diersoorten hier hun habitat. Dit is de eerste toepassing wereldwijd van zo’n zandige versterking in een stilstaand zoetwatermerengebied.
Met het bij de zandwinning vrijgekomen slib is Trintelzand ontwikkeld, een nieuw natuurgebied van meer dan 500 ha. Zo ontstaan nieuwe kansen voor natuur en wordt bijgedragen aan een betere waterkwaliteit in het Markermeer. Ook is bij Lelystad een nieuw watersportstrand aangelegd voor wind- en kitesurfers.

Infographic houtribdijk

Infographic houtribdijk (klik op de afbeelding om te vergroten)

Rol AT Osborne

AT Osborne verzorgt in opdracht van Rijkwaterstaat in de periode 2016 tot en met 2021 het contractmanagement van de dienstenovereenkomsten die in het kader van de versterking met ingenieurs- en onderzoeksbureaus gesloten werden. Ook na afronding van de Houtribdijk-versterking loopt de opdracht door. De focus verschuift in deze fase naar programma’s met universiteiten en onderzoeksbureaus gericht op het morfologisch en ecologisch gedrag van de dijk en het natuurgebied Trintelzand.

Bijzonder aan het project was de samenwerking vanuit verschillende disciplines. Zo konden ideeën over meekoppelkansen voor natuur en recreatie ook nog tijdens de uitvoeringsfase daadwerkelijk gerealiseerd worden. Goede contractuele arrangementen waarmee ook de interactie tussen disciplines vanuit verschillende partners effectief kon plaatsvinden, droegen daar aan bij. Regelmatige contactmomenten tussen Rijkswaterstaat en contractpartners maakten dat tijdige (contractuele) bijsturing mogelijk was. Dit heeft bijgedragen aan het binnen projectkaders realiseren van de versterking. Partners geven aan trots te zijn op hun bijdragen. Ook zijn ze tevreden over de eigen resultaten die ze konden boeken. Dit project laat zien dat contractuele taakverdelingen geen beletsel hoeven te zijn voor succesvolle samenwerking. De (onderlinge) aandacht voor de betrokken mensen van de verschillende partners leidde tot langlopende betrokkenheid van mensen en daardoor continuïteit in kwalitatief goede leveringen vanuit dienstverlenende partners.